Spring naar content

Hoe de overheid gedragsinzichten gebruikt (2019)

29 november 2019

Hoe kun je kennis over gedrag gebruiken voor beleid, uitvoering, toezicht en communicatie? 35 voorbeelden hoe de Rijksoverheid dat doet en wat het haar oplevert.

De Rijksoverheid maakt steeds meer gebruik van inzichten uit de gedragswetenschap. Daarom heeft de overheid in 2014 het Behavioural Insights Netwerk Nederland (BIN NL) opgericht. Daarin wisselen ministeries ervaringen uit: hoe ze gedragsinzichten toepassen in hun beleid en communicatie, en wat daarbij werkt en wat niet.

Bekende gedragsinzichten die de Rijksoverheid steeds vaker gebruikt:

  1. Beleid moet ‘doenbaar’ zijn voor burgers. De WRR heeft daar de doenvermogentoets voor ontwikkeld. Zo controleert de overheid bijvoorbeeld van tevoren of burgers in staat zullen zijn om zich aan nieuwe wetten of regels te houden.
  2. Life events hebben invloed op het doenvermogen. Grote gebeurtenissen in het leven verkleinen iemands vermogen om te plannen, in actie te komen en afspraken na te komen. 
  3. Schaarste heeft een negatieve invloed op gedrag. Schaarste, zoals lange tijd weinig geld hebben, veroorzaakt geldstress. Door langdurige stress daalt het IQ van mensen. Daardoor nemen ze minder goede beslissingen.
  4. Boosting helpt de vaardigheden van mensen te verbeteren. Boosting gaat verder dan nudging. Nudging geeft mensen op onbewust niveau een duwtje in de goede richting. Boosting maakt mensen bewust van hun keuzes. Een voorbeeld van boosting is een beslisboom die mensen helpt om goede financiële beslissingen te nemen.

In dit rapport vind je 35 projecten waarin de Rijksoverheid deze en andere gedragsinzichten gebruikt. Wat levert die aanpak op?

  • Je voorkomt boetes. Zo moeten afgestudeerde studenten op tijd hun ov-kaart stopzetten, anders krijgen ze een boete. De overheid heeft de onderwerpsregel van de mails aan studenten veranderd en stuurt nu een sms als extra herinnering om de ov-kaart stop te zetten. Dat heeft de studenten miljoenen euro’s aan boetes bespaard. 
  • Je beleid heeft meer effect. Zo testte het UWV 3 verschillende teksten over hun sollicitatietraining. 1 daarvan benadrukte wat de training iemand oplevert: ‘Vergroot uw sollicitatievaardigheid met de webinars van het UWV’. Die aanpassing in de tekst zorgde voor 60% meer inschrijvingen voor de training. 
  • Mensen houden zich beter aan de regels. Zo hielden vuurwerkverkopers zich beter aan de regels nadat ze een pakket met informatie hadden gekregen. Daarin zat een checklist over de wetgeving, en tape om in de vuurwerkopslag voor voldoende afstand te zorgen. 
  • Je kunt je beleid tussentijds bijsturen. Een voorbeeld: consumenten van enkele energiemaatschappijen zijn minder energie gaan gebruiken. Waarom? Omdat ze nu elke maand een overzicht krijgen van hun energieverbruik, met een vergelijking met andere huishoudens. Ook krijgen ze nu elke maand bespaartips.
  • Je kunt makkelijk testen. De Autoriteit Consument en Markt (ACM) wilde dat meer mensen de algemene voorwaarden lezen voordat ze op internet iets kopen. De ACM ontdekte dat het goed werkte om daarvoor een pictogram te gebruiken. De ACM heeft 3 plaatjes getest en daarna het ‘winnende plaatje’ overal ingezet.
  • Je kunt gedrag onderzoeken om je beleid of communicatie in de toekomst te veranderen. Zo wil het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dat meer mensen hun vragenlijsten invullen. Het CBS heeft literatuuronderzoek gedaan en 18 burgers geïnterviewd. Dat leverde adviezen op om de uitnodigingen van het CBS aan te passen. Het CBS gaat de nieuwe uitnodigingen testen om te kijken welke de beste respons oplevert.  

Tot slot 4 belangrijke lessen die de overheid de afgelopen jaren heeft geleerd.

  1. Gebruik gedragsinzichten voor je communicatie
    De Rijksoverheid gebruikt gedragsinzichten vooral om de communicatie met burgers aan te passen. Want brieven, e-mails en formulieren kun je vrij makkelijk aanpassen. Bovendien kun je verschillende vormen uitproberen, en de resultaten ervan vergelijken.

    Als je je teksten anders formuleert, kun je grote invloed uitoefenen op het gedrag van mensen. 

  2. Gebruik gedragsinzichten in alle fases van je beleid
    In de communicatie naar burgers  gebruikt de overheid steeds vaker gedragsinzichten. Communicatie is meestal de laatste fase van het beleid. Maar het is ook nuttig om inzichten over gedrag al eerder te gebruiken. Bijvoorbeeld als je een probleem wilt onderzoeken of een instrument moet kiezen.
     
  3. Onderzoek altijd eerst het gedrag van je doelgroep
    Wil je weten of het gedrag van burgers door jouw beleid verandert? Met goed onderzoek naar het gedrag van je doelgroep kun je stap voor stap nagaan wat werkt en wat niet. 
     
  4. Gebruik de juiste methode om gedrag te onderzoeken
    Het is lastig om de juiste methode te kiezen voor je onderzoek. Daarom heeft BIN NL een overzicht gemaakt met 18 onderzoeksmethodes: Hoe onderzoek je gedrag? 

De overheid gebruikt steeds vaker gedragsinzichten, maar nog niet altijd. Dat zou wel goed zijn. Daarom adviseert BIN NL overheden om gedragsexperts in dienst te nemen.
 

Gerelateerde artikelen

7 tools om inzichten in gedrag toe te passen

Welke factoren beïnvloeden het gedrag van mensen? En hoe kun je daar gebruik van maken? Deze 7 tools helpen je die vragen te beantwoorden en een aanpak te ontwikkelen om…

Hoe onderzoek je gedrag?

Gedrag veranderen is ingewikkeld. Waarom hebben mensen ongewenst gedrag? Hoe kun je ze aanmoedigen tot gewenst gedrag? Onderzoek kan daarbij helpen.

Hoe zet je psycho-educatie in bij armoede en schulden?

Wat is psycho-educatie? Hoe zet je het in bij armoede en schulden, en wat is daar minimaal voor nodig? Wat levert deze vorm van voorlichting op volgens cliënten en professionals?…