Onderzoek: naar een werkzame bijstand in Amsterdam
In de publicatie ‘Naar een werkzame bijstand’ delen de Hogeschool van Amsterdam (HvA), de Universiteit van Amsterdam (UvA) en The Work Lab de bevindingen van het ‘Amsterdams Experiment met de Bijstand’. Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van de gemeente Amsterdam. Het doel was om te onderzoeken wat het effect is van verschillende vormen van begeleiding voor mensen in de bijstand en hoe de bijstand beter kan werken.
Het experiment leverde een aantal duidelijke inzichten en aanbevelingen op. De belangrijkste zijn:
- Een kleinere caseload voor klantmanagers en het loslaten van sturing op uitstroomcijfers geeft ruimte voor meer persoonlijke aandacht en maatwerk. Dit leidt tot een betere begeleiding die past bij de situatie van de inwoner.
- De focus van het bijstandsbeleid moet minder liggen op uitstroom, en meer op de individuele mogelijkheden en beperkingen van de persoon in de bijstand. Vertrouwen en frequent contact zijn hierbij essentieel.
- Het stimuleren van parttime werk met een bijverdienpremie werkt. Deelnemers die een premie ontvingen, vonden twee keer vaker een baan. Deze premie is daarom structureel ingevoerd in Amsterdam.
- Het loslaten van de indeling in ‘participatietreden’ en het werken met een gemengd klantenbestand maakt het werk van klantmanagers uitdagender en zorgt voor een bredere blik. Dit komt de kwaliteit van de dienstverlening ten goede.
Wat kun je ermee in de praktijk?
Dit rapport dient als achtergrondinformatie en biedt inspiratie en ideeën voor de inrichting van beleid en uitvoering. De publicatie geeft concrete handvatten en een onderbouwing om de begeleiding van mensen in de bijstand te verbeteren. De positieve resultaten van bijvoorbeeld de bijverdienpremie en een kleinere caseload kunnen als verantwoording dienen voor beleidskeuzes die hierop inzetten.
Voor wie is het relevant?
De publicatie is relevant voor zowel beleidsmedewerkers als uitvoerend professionals in het gemeentelijk sociaal domein. Voor beleidsmedewerkers (werk en inkomen, armoede en schulden) biedt het rapport inzichten om het lokale bijstandsbeleid effectiever te maken. Voor de uitvoering, met name voor klantmanagers, laat het zien welke elementen in de begeleiding het verschil kunnen maken voor de inwoner.