Werkbeleving en functioneren van jonge werknemers met een arbeidsbeperking
Onderzoekers van de Universiteit Utrecht hebben de werkbeleving en het functioneren van jonge werknemers met een arbeidsbeperking onderzocht. Het doel was om meer inzicht te krijgen in hoe deze jongeren hun werk ervaren en presteren, ook in vergelijking met collega’s zonder beperking. De aanleiding voor het onderzoek is dat het in de praktijk lastig blijkt om mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen en te houden.
Uit het onderzoek blijkt dat jongeren met en zonder arbeidsbeperking hun werk op een vergelijkbare manier ervaren. Wel zijn er enkele belangrijke verschillen en aandachtspunten:
- Jongeren met een arbeidsbeperking rapporteren aanzienlijk minder werkdruk en meer sociale steun.
- Zij ervaren een minder goede match tussen de taakeisen en hun vaardigheden.
- De bevlogenheid en de door henzelf gerapporteerde werkprestatie verschillen niet tussen beide groepen.
- Werkgevers oordelen echter aanzienlijk negatiever over de match tussen vaardigheden en taakeisen en de werkprestatie van jongeren met een arbeidsbeperking.
- De belangrijkste conclusie is dat jongeren met een arbeidsbeperking goed kunnen functioneren, mits ze de juiste ondersteuning krijgen en de werkzaamheden goed zijn afgestemd op hun wensen en mogelijkheden. Hier ligt ook de uitdaging voor werkgevers.
Wat kun je ermee in de praktijk?
De publicatie dient als achtergrondinformatie en onderbouwing voor beleid en de begeleidingspraktijk. Het onderzoek maakt duidelijk welke factoren bijdragen aan het welbevinden en functioneren van jongeren met een arbeidsbeperking. Met name het belang van sociale steun en een goede afstemming tussen de persoon en de baan komen duidelijk naar voren.
Voor wie is het relevant?
Dit wetenschappelijke artikel is relevant voor beleidsmedewerkers werk en inkomen (Participatiewet) en voor uitvoerende professionals zoals jobcoaches, klantmanagers en werkgeversadviseurs. Het geeft inzicht in de ondersteuningsbehoeften van de doelgroep en de discrepantie tussen de eigen werkbeleving en het oordeel van de werkgever.