Spring naar content

Vroegsignalering problematische schulden door gemeenten

Verkennende studie

1 oktober 2015

Armoede en schulden

Wat doen gemeenten om huishoudens met problematische schulden vroegtijdig op te sporen? Welke methoden gebruiken ze daarvoor en hebben ze een aanpak voor bepaalde risicogroepen? En wat zijn de verschillen in aanpak tussen gemeenten?

De Inspectie SZW van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft onderzocht hoe gemeenten vroegsignalering van problematische schulden aanpakken. De Inspectie hield een enquête onder 100 gemeenten.

Bijna alle gemeenten hebben vroegsignalering in hun beleidsplan staan. En bijna alle gemeenten voeren vroegsignalering ook inderdaad uit. Dat doen ze op verschillende manieren:

1. Intern verwijzen

Soms zijn burgers met (dreigende) problematische schulden al in beeld bij de gemeente. Medewerkers van de gemeente verwijzen die burgers dan door naar de schuldhulpverlening. 

In de meeste gevallen gebeurt dat vanuit:

  • de Participatiewet: 83%
  • armoederegelingen: 73%
  • de Wet maatschappelijk ondersteuning (Wmo): 67%
  • de jeugdzorg: 63%

Deze methode van vroegsignalering is makkelijk te regelen, omdat je geen afspraken hoeft te maken met andere partijen. Toch verwijst 11% van de gemeenten burgers niet intern door. 

2. Extern verwijzen

86% van de gemeenten heeft afspraken gemaakt met andere organisaties. Die verwijzen klanten door naar de gemeente als ze denken dat die mensen problematische schulden hebben, of als de kans daarop groot is. De klanten moeten zelf contact opnemen met de gemeente. Het nadeel is dat mensen dat niet altijd doen.

3. Signaleren door anderen

Ook bij deze methode maakt de gemeente afspraken met andere organisaties. Maar in dit geval geven de organisaties de gegevens van klanten met (dreigende) problematische schulden rechtstreeks aan de gemeente door. 90% van alle gemeenten heeft afspraken over signaleren.

In totaal heeft 90% van de gemeenten afspraken gemaakt over extern verwijzen of signaleren. Gemeenten maken met gemiddeld 3 of 4 organisaties afspraken. Meestal zijn dat:

  • maatschappelijk werk: 84%
  • woningbouwverenigingen: 80%
  • voedselbanken: 52%
  • energiebedrijven: 43%
  • zorgverzekeraars: 41%
  • waterleidingbedrijven: 26%

Veel gemeenten hebben ook afspraken met organisaties die niet in de enquête stonden. Denk aan kerken en vrijwilligersorganisaties.

4. Risicomodellen 

Ongeveer 20% van de gemeenten combineert gegevens van burgers. Zo kunnen ze inwoners met een grotere kans op problematische schulden makkelijker opsporen, want gemeenten hebben al allerlei gegevens over hun inwoners. Bijvoorbeeld over gezinnen met kinderen, burgers met meervoudige problemen en informatie over dreigende huisuitzettingen. 

Gerelateerde artikelen

Portretten van klantmanagers en klanten in de bijstand

Deze publicatie belicht de relatie tussen klant en klantmanager in de bijstand. Aan de hand van persoonlijke verhalen wordt het belang van nabijheid en een menselijke benadering getoond. Het laat…

Vertrouwen en niet-gebruik

De inkomensondersteunende regelingen (denk bijvoorbeeld aan een bijstandsuitkering en het kindgebonden budget) worden niet altijd benut door de mensen die...

Samenwerken aan een optimale klantreis

De noodzaak van betere samenwerking en communicatie tussen informele en formele hulpverleners om schuldenhulpvragers zo effectief mogelijk te begeleiden naar formele schuldhulpverlening.