Nieuwe armoedegrens
18 juli 2024
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) hebben gezamenlijk een nieuwe methode om armoede in Nederland te meten gepresenteerd. Dit ter vervanging van de vorige, onderling verschillende armoedegrenzen van CBS en SCP waarmee de armoede in Nederland tot nu toe wordt gemeten.
In de nieuwe methode worden de werkelijke kosten die mensen hebben aan wonen en energie meegenomen in plaats van gemiddelden. Daarnaast is gekeken of huishoudens een financiële buffer hebben. Volgens deze nieuwe methode leefden in 2023 540 duizend mensen in Nederland onder de armoedegrens. Dat is 3,1 procent van de bevolking. Hoewel het aantal armen in 2023 lager was dan in de jaren ervoor, nam de ernst van de armoede toe.
De nieuwe armoedegrens
Als er na het betalen van de vaste lasten (wonen, energie en zorg) te weinig geld overblijft voor andere basisbehoeften, dan is een huishouden arm. Waar de armoedegrens voor een huishouden ligt, is afhankelijk van het soort huishouden. Hoe meer mensen, hoe meer er nodig is voor de minimale levensbehoeften. Op basis van de nieuwe methode is de armoedegrens in 2023:
- Voor een alleenstaande: € 1.510 netto per maand, bij een huur van € 590 en energielasten van € 145.
- Voor een paar met twee kinderen tot en met 12 jaar: € 2.535 netto per maand.
- Voor een tweeoudergezin met twee puberkinderen: € 2.910 netto per maand.
- Voor een eenoudergezin met twee pubers: € 2.500 netto per maand.